Duitsland heeft aangekondigd fors te investeren in de aanleg van een omvangrijk „kernnetwerk” van waterstofleidingen. De Duitse overheid trekt hiervoor 18,9 miljard euro uit. Dit bedrag is bedoeld om ervoor te zorgen dat tegen 2032 meer dan negenduizend kilometer aan leidingen door het land loopt, waarmee de duurzame energiebron waterstof efficiënt kan worden getransporteerd. Het netwerk zal niet alleen Duitsland bedienen, maar ook zijn buurlanden, waaronder Nederland, waarmee de energietransitie in de regio verder wordt gestimuleerd.
Volgens de plannen van de Bundesnetzagentur, de Duitse toezichthouder voor energie, zal 60 procent van dit netwerk worden gevormd door bestaande gasleidingen om te bouwen voor waterstoftransport. De overige 40 procent zal bestaan uit compleet nieuwe infrastructuur. De eerste waterstofleiding wordt al in 2025 in gebruik genomen, wat aangeeft hoe snel Duitsland deze overgang wil realiseren.
De Duitse economie kampt op dit moment met hoge energieprijzen, wat de concurrentiepositie van haar industrie onder druk zet. Door de overstap naar waterstof wil Duitsland zijn industrie toekomstbestendig maken. Dit is vooral van belang voor het Ruhrgebied, een economisch vitaal gebied net over de grens met Nederland, dat zwaar afhankelijk is van energie-intensieve industrieën. Door deze regio met het nieuwe waterstofnetwerk te verbinden, kunnen fabrieken in het Ruhrgebied stapsgewijs overschakelen van fossiele brandstoffen zoals kolen en aardgas naar de schonere optie waterstof. Deze transitie is een belangrijke stap richting het behalen van klimaatdoelen en het verminderen van de CO2-uitstoot.
Met dit project hoopt Duitsland een voortrekkersrol te vervullen in de Europese energietransitie, waarbij waterstof een cruciale schakel wordt in de toekomstige energievoorziening.